Wie procedeert zal niet alleen door de rechter in het gelijk gesteld worden, maar wil ook dat tenuitvoerlegging mogelijk is. In deze cursus wordt aandacht besteed aan recente wetgeving en (met name) recente rechterlijke uitspraken. Het is de rechtspraak die het executie- en beslagrecht inkleurt.
Na de beperkte wetswijziging van 2020/2021 moeten bijvoorbeeld de in art. 447 Rv opgenomen beslagvrije zaken worden geconcretiseerd. Hoe ver gaat bijvoorbeeld `zaken van persoonlijke aard’ en wanneer is er sprake van `bovenmatigheid’? Maar ook is nog geen antwoord gegeven op de vraag of een deurwaarder beslag mag leggen met behulp van een drone.
Interessant is HR 21 april 2023, ECLI:NL:HR:2023:639, waarin moest worden geoordeeld over de vraag betreffende de aansprakelijkheid van de beslaglegger toen ten onrechte een zaak van een derde in beslag was genomen. En kan een schuldeiser zonder toestemming van de geëxecuteerde afzien van de bevoegdheid om mee te delen in de executieopbrengst? Die vraag kwam aan de orde in HR 16 juni 2023, ECLI:NL:HR:2023:918.
In art. 198 Sr is het onttrekken van een goed aan een beslag strafbaar gesteld. Valt de verkoop van aandelen waarop beslag is gelegd daar ook onder? HR 10 november 2023, ECLI:NL:HR:2023:1527, oordeelde daarover. Vereist is dat blijkt van omstandigheden die meebrengen dat de omvang of werking van de beslaglegging als daad van het openbaar gezag wordt beperkt, bijvoorbeeld door het frustreren, beperken of bemoeilijken van de verhaalsmogelijkheden.
Ook moet de rechter de nodige puntjes op de i zetten als het dwangsommen betreft. Wanneer de rechter in hoger beroep de door de eerste rechter uitgesproken dwangsom vermindert, moet dan de in hoger beroep gewezen beslissing worden betekend aan de veroordeelde opdat de dwangsommen die voorafgaand aan deze beslissing zijn verbeurd, verschuldigd zouden zijn volgens de daarin bepaalde modaliteiten? Vgl. BenGH 25 mei 2022, NJ 2023/219; AA 2023, p. 777-782 (Masseus e.a./Belgische Staat). Een andere vraag is of een rechter ambtshalve een dwangsom kan verbinden aan een omgangsregeling op grond van art. 1:377a BW (vgl. HR 13 oktober 2023, ECLI:NL:HR:2023:1459). Over dwangsommen en verjaring gaan BenGH 6 juli 2023, NJ 2024/61 (Proost-Van Gorp/Pelckmans Turnhout), BenGH 6 juli 2023, NJ 2024/62 (De Brandt/Wooninspecteur van het Vlaams Gewest) en HR 20 december 2024, ECLI:NL:HR:2024:1904. Ook valt op dat procedures tot vermindering of opheffing van een dwangsom op grond van art. 611d Rv vaak bij de verkeerde rechter aanhangig worden gemaakt.
Andere onderwerpen die ter sprake komen zijn onder meer: wat is een executoriale titel, misbruik van executiebevoegdheid, de betwisting van een verklaring in geval van derdenbeslag, bewijsbeslag en beslag ten laste van een vreemde mogendheid.
Kortom: het executie- en beslagrecht is in beweging. Niet als gevolg van ingrijpende wetswijzigingen, maar meer geleidelijk doordat rechters een nadere invulling geven. Wie die bewegingen niet op de radar heeft kan van een koude kermis thuis komen.
Programma
12.45 – 13.00 uur ontvangst
13.00 – 14.30 uur deel I
14.30 – 14.45 uur pauze
14.45 – 16.15 uur deel II
16.15 – 16.30 uur pauze
16.30 – 17.30 uur deel III
Kosten
De kosten voor deze cursus bedragen € 275,00 ex. btw.
Schrijf je hier in voor maximaal 5 cursussen tegelijk.
Docent
Deze cursus wordt gegeven door: prof. mr. A.W. JongbloedCursuslocatie:
U Parkhotel
De Veldmaat 8
Enschede